Taal is fascinerend. Dat komt omdat taal leeft. Bedenk het maar eens zo: God SPRAK en het was er (Genesis 1). En bijvoorbeeld ook deze: In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is. (Johannes 1)
De kans is vrij klein dat je zonder spreekwoordelijke kleerscheuren het einde van een hoofdstuk haalt.
Om het wat dichterbij huis te brengen, als je echt wilt testen of ik gelijk heb met mijn bewering daag ik je uit om een Statenvertaling uit 1951 erbij te pakken. De kans is vrij klein dat je zonder spreekwoordelijke kleerscheuren het einde van een hoofdstuk haalt. Ik doe het regelmatig, met de onvermijdelijke uitkomst dat ik een zin twee, soms drie keer moet lezen. In mijn geval is dat dan ook precies de bedoeling, het dwingt me om wat langer, beter nog, wat langzamer en aandachtiger te lezen met hopelijk het gevolg dat er wat meer blijft hangen. Hoe dan ook, mijn oorspronkelijke punt over taal blijft staan.
Ontstaan van woorden
Het mooie daarvan is dat je de eeuwenlange beweging van taal via een kruimelpad terug kan volgen. Met een moeilijk woord noemen we dat etymologie. Hoe dat woord tot stand komt moet je zelf maar een keer opzoeken, maar het betekent zoiets als; de basis van woorden.
Gerrit legde ons uit wat de term gezel betekent in het schildersvak. Vooral goed voor de kantoormensen onder ons om dat woord eens te horen, het komt nooit echt ter sprake bij de waterkoeler. Ook bij mij ging er dus op dat moment een lampje aan. Wat een interessant woord: gezel. “Welke woorden kennen we nog meer met gezel? Waar zou het woord vandaan komen? Wat zou het oorspronkelijk betekenen?
Rond de middeleeuwen popt het woord gezel op onder de gilden
Kameraad
Even Googlen (ook zo’n mooi woord) en je komt de oud-Duitse oorsprong van het woord gezel tegen. Waarvan de vertaling zoiets als zaal, woonruimte of gezamenlijke verblijfsplaats betekent. De theorie is dus dat een gezel iemand was met wie je in één huis verbleef, een soort huisgenoten. Of, zoals koningen vroeger hadden, een raad van adviseurs die vaak het grootste deel van de dag in een raadszaal doorbrachten. Kijk in dat licht ook nog maar eens aandachtig naar het woord kameraad. Dat terzijde.
Rond de middeleeuwen popt het woord gezel op onder de gilden die een duidelijke onderverdeling hanteerden van meesters en gezellen, een soort praktijkleerlingen. Het interessante is dat zo’n soort gezel meestal ook voor een afgesproken vaste periode, vaak voor 7 jaar, bij hun meesters inwoonden. Precies zoals de oorsprong van het woord dus al suggereert. Na de afgesproken periode kon een gezel zelf meester worden en zo ook weer gezellen onder zijn hoede nemen.
Lekker gezellig
En nu weer terug naar onze tijd. Met woorden zoals, metgezel en vrijgezel, maar ook gezelligheid en gezelschap. Wat kan dit voor ons betekenen? Nou, de eerste vergelijking, zeer terecht, is: Jezus is onze Meester en wij zijn de gezellen (leerlingen). In de leer bij onze Meester, praktijkervaring opdoen, wonend in Zijn huis. En om er zeker van te zijn dat de vergelijking klopt en tot haar logische conclusie doorgevoerd kan worden kunnen we ook stellen dat wij op onze beurt, weer nieuwe gezellen mogen opleiden. Maar we gaan nog een stapje verder. Als we met alle gezellen bij elkaar zijn zou je dat best een gezelschap kunnen noemen. In Gods huis bij elkaar gekomen met één doel, leren van de Meester, door te doen wat Hij doet. Schenk er wat koffie bij en de gezelligheid is gegarandeerd.
Als we met alle gezellen bij elkaar zijn zou je dat best een gezelschap kunnen noemen.
Mijn oproep is daarom ook om dat laatste vooral zo letterlijk mogelijk te nemen. Daar waar de inspiratie en kennis van onze grote Leraar samenkomen en we met elkaar delen in Zijn oneindige wijsheid zal het gezellig zijn. Niet zoals in de wereld. Maar zodat ons gezelschap tot opbouw en versterking is van ieders geloof. Tot bemoediging en vreugde. En zodat ons samenzijn weerspiegelt wat Paulus aan het gezelschap in Filipi schrijft: Dat de vrede van God, die alle begrip te boven gaat, onze harten zal vervullen en onze gedachten zal bewaken in Christus Jezus. “Verder, broeders, al wat waar is, al wat eerbaar is, al wat rechtvaardig is, al wat rein is, al wat lieflijk is, al wat welluidend is, als er enige deugd is en als er iets prijzenswaardigs is, bedenk dat. Wat u ook geleerd en ontvangen en gehoord en in mij gezien hebt, doe dat; en de God van de vrede zal met u zijn.” Dat noem ik nog eens gezelligheid!
Noten:
https://www.etymologiebank.nl/trefwoord/gezel
https://en.wikipedia.org/wiki/Apprenticeship
https://en.wikipedia.org/wiki/Journeyman
Tot ieder goed en nuttig werk
Andrei Petrutoni